We
ontmoetten de jongeren aan het gemeentehuis.
De
bankjes in de schaduw zijn allemaal bezet en al gauw voegen we ons bij de
donkere figuren.
‘Bonjour, comment ça va, et les séjours, et le
fatigue ?’
Woorden
die we voor de rest van onze reis zullen aanhoren.
Straks
zullen we allen vergaderen in het gemeentehuis om onszelf voor te stellen aan
de raad en de burgemeester.
We nemen
plaats op de stoelen die tegen de muur zijn opgesteld,
maar al
gauw worden we naar voren geschoven op stoelen die rondom de tafel staan
opgesteld.
Ik
probeer contact te zoeken met de mensen aan de overkant van de tafel,
maar het
voelt allemaal redelijk formeel en een glimlach kan er niet nog niet van af.
Een
rondje doorheen de zaal: ‘Moi, c’est Nina.’
Vele
praatjes worden geslagen en ons programma voor de komende weken wordt meermaals
overlopen.
Ik
probeer opnieuw een glimlach naar mijn overbuur en ik krijg er eentje terug, ik
voel me al een stuk geruster.
Na alle
praatjes en formele zaken, stappen we weer de zon in.
Een
helderblauwe hemel, van de regen van gisteren valt niets meer te bespeuren.
We
verdelen ons in enkele groepjes, twee jongeren van ons zullen samen met enkele
jongeren van hier gaan koken.
Pate de riz avec sauce d’ arachide et bien sûr, le
pigment !
De
anderen zullen vandaag enkele werkplaatsen in Toucountouna gaan bekijken.
Aemilia
en ik gaan samen met vier jongeren van hier eerst op weg naar een plaats waar
ze prachtige stoffen weven.
De
stoffen worden op bestelling gemaakt.
We kijken
toe naar het vermoeiende proces terwijl we een stof om ons hoofd en om ons
middel gewikkeld krijgen.
De
volgende stop is de werkplaats van de mecaniciens.
Le patron
est absent, dus zit iedereen gezellig samen te kaarten.
Er is één
jongen bezig met het slijpen van wat ijzer, zonder enige bescherming.
De vonken
vliegen alle kanten op en ook wij vliegen voorzichtig achteruit om uit de
gevarenzone te blijven.
Op naar
de volgende stop, le couture.
We
begeven ons op het terras van een huisje waar er drie prachtige ouderwetse
naaimachines zijn opgesteld.
Natuurlijk
mogen we ons ook eens aan de kunst wagen.
Een draai
aan het wiel en dan bewegen mijn voeten op en neer op een veel te traag tempo,
want voor
ik het weet valt de naaimachine volledig stil.
Ook
Aemilia waagt een poging en bij haar lijkt het iets vlotter te gaan.
Volgende
stop, le coiffeure.
Nadat we
even hebben toegekeken, belandt Aemilia in de kappersstoel, ze krijgt twee
schattige vlechtjes.
Aangezien
mijn haar te kort is om te vlechten, mag ik een nagellak kleurtje uitkiezen.
Ik kies
iets hennakleurig en de nagels van mijn linkerhand worden kunstzinnig gelakt.
Met je
rechterhand eet je, met je linkerhand kuis je je gat af.
De nagels
van mijn rechterhand blijven blanco.
Wanneer
we willen vertrekken, botsen we op Lina en Lies, hun wenkbrauwen iets dunner
dan normaal.
Daarna
passeren we nog een mecanicien en de herenkapper.
Bij de
herenkapper laten twee meisjes hun haren onderhouden en hun wenkbrauwen
scheren.
De
jongens hebben geen zin om te wachten dus gaan we ondertussen wat Tchouc gaan
drinken.
Enkele
kindjes achtervolgen ons en wanneer we buitenkomen, staat de muziek bij de
kapper lekker luid!
Ik haal
men beste dansmoves boven en al gauw word ik omringd door twee verschillende
dansculturen.
Het eten
is gereed en onze tocht terug naar ons huisje begint.
Twee
ballen rijst, zo groot als een honkbal worden geserveerd naast wat saus en een
halve vis.
De
jongeren van hier eten hun bord allemaal volledig leeg, dus doe ik hetzelfde.
Mijn maag
staat op ontploffen en wanneer ik naast me kijk, zie ik dat de anderen hun bord
helemaal niet leeg gegeten hebben.
Tijd voor
een dutje om mijn eten te laten zakken.
De siësta
duurt hier heerlijk lang, maar is ook noodzakelijk door de drukkende warmte rond
het middaguur.
Het eten
is niet gezakt, maar we doen verder.
We verzamelen op het terrein van de lokale school om Belgische en Beninese spelletjes te spelen en te delen.
We verzamelen op het terrein van de lokale school om Belgische en Beninese spelletjes te spelen en te delen.
We
beginnen met Coucou, of ook wel Kiekeboe.
De
jongeren smijten zich in het spel, en er duiken ook enkele valsspelers tussen de
jongeren op.
Daarna
spelen we een Beninees verdeelspelletje, een soort van touwtrekken zonder touw,
Tik tak
boem, een Beninese versie van Zakdoekje leggen en als afsluiter Pedoink.
Na het
avondeten, beginnen we aan de karaoké.
Beginnen
aan iets, is hier zeer relatief.
Alles
wordt op het dode gemak klaargezet.
De beamer
moet zeker worden aangesloten, want dat ziet er professioneler uit.
De
karaoké, blijkt helemaal geen karaoké te zijn.
Er wordt
een nummer opgezet waarna iemand een micro vastneemt en tevergeefs over de
muziek heen probeert te zingen.
Ik
besluit zelf mijn stoutste schoenen aan te trekken en a capella een nummer te
zingen.
In België
zou ik er niet aan durven denken,
maar de
sfeer is hier zo hartelijk en open dat ik mijn zenuwen toch de baas lijk te
kunnen.
Het
publiek zingt graag met me mee en ik durf zelf een krulletje in het refrein te
steken.
De avond
lijkt zich eindeloos uit te rekken en de vermoeidheid begint op iedereen door
te wegen.
Verlangend
naar mijn bed, maar de beleefdheid neemt de overhand.
Vele
oogjes vinden het moeilijk aandachtig te blijven, maar de avond lijkt zich
bijna af te ronden.
Moe maar
voldaan kruipen negen jongeren onder de lakens terwijl anderen hun tocht naar
huis aanvatten.
-Nina
Reacties
Een reactie posten